hebt u gezien dat het keukenzout is gebruikt? Als je het goed observeert, zie je dat zout bestaat uit kleine korrels. Maar wat bevatten deze korrels? Elke korrel bevat een kation en een anion. Dit zijn ‘ionen’. Wat is een ion? Laat ons meer weten!,% 50%; background-size: cover”>
) no-repeat 50% 50%; background-size: cover”>
We can define an ion as a molecule or an atom which is charged., De reden dat het wordt opgeladen is vanwege het verkrijgen of verliezen van een of meer elektronen. Dit maakt het ofwel positief of negatief geladen deeltje. Wat betekent dat een onbalans in de verhouding van protonen (die positief geladen deeltjes) ten opzichte van elektronen (die negatief geladen deeltjes) maakt een ion geladen.
de eer voor de introductie van de term” ion ” gaat naar de prominente Engelse chemicus en natuurkundige Michael Faraday in het jaar 1834., Hij gebruikte deze term om de chemische combinatie te beschrijven die van de ene elektrode naar de andere beweegt in een waterige oplossing.
“Ion”, het woord is afgeleid van een Grieks woord ion dat vertaald wordt als”gaan”. Hoewel Faraday nooit de beweging van deeltjes van de ene elektrode naar de andere identificeerde, leidden zijn experimenten hem toch tot het begrijpen dat Metalen de neiging hadden om op te lossen in bepaalde oplossingen bij een bepaalde elektrode, terwijl het kan blijven als een loutere afzetting in een oplossing bij een andere elektrode.,
Dit betekent dat er beweging moet zijn in de materie die werd beïnvloed door de elektrische stroom. Voorbeelden: enkele voorbeelden van een ion zijn: hydroxide OH–, Alfa-deeltje He2+
Er zijn twee grote categorieën waaronder men ionen kan groeperen. Het zijn kationen en anionen.
Dit zijn de ionen die positief geladen zijn omdat het aantal protondeeltjes in deze ionen groter is dan het aantal elektronen., Het symbool voor een kation wordt aangeduid door een superscript dat aan de chemische formule is gehecht met een plusteken en het nummer dat aan dat plusteken voorafgaat.
bijvoorbeeld in het chemische symbool Ca2 + hier-2 is het nummer van de lading, dat wil zeggen, de formule heeft +2 ladingskation. Indien er geen getal vóór het plusteken staat, wordt het geacht 1 te zijn.
Deze daarentegen hebben een negatieve lading. Dit komt omdat het aantal elektronen in een anion groter is dan het aantal protonen, waardoor het een negatieve lading is., Opgemerkt moet worden dat het aantal neutronen niet belangrijk is bij het bepalen of een atoom of een molecuul een anion is of niet.
net als de kationen worden anionen ook gesymboliseerd door het getal dat de lading aangeeft voorafgaand aan een minteken. Bijvoorbeeld, het symbool van chloor Cl– draagt een enkele negatieve lading. Om verwarring te voorkomen bij het onthouden van het positieve ion en het negatieve ion, kun je proberen het te onthouden door je de ‘t’ in de kation voor te stellen als symbool voor plus, Terwijl ‘n’ in anion kan worden herinnerd voor “negatief”.,
op deze manier kunt u gemakkelijk de definities correct herinneren. We hebben al vastgesteld dat een ion een geladen molecuul is. Dit kunnen kationen en anionen zijn. Wetenschappelijk tegenpolen trekken aan en dus is het natuurlijk voor kationen om anion aan te trekken omdat ze twee tegengestelde elektrische ladingen zijn.
uitgaande van hetzelfde principe, zullen twee kationen elkaar altijd afstoten, omdat ze als ladingen zijn. Deze aantrekking en afstoting creëert een chemische reactie tussen chemische oplossingen. Verbindingen worden gemakkelijk gevormd door kationen en anionen, vooral zouten., Een ion wordt beïnvloed door het magnetisch veld omdat het een elektrische lading is.
indien het ion uit een mono-of enkelatoom bestaat, wordt het monatomaire ion genoemd. Bijvoorbeeld, laten we eens kijken naar de waterstof ijzer, H+. Aan de andere kant, als het ion bestaat uit twee of meer atomen, dan is het bekend als het moleculaire of het polyatomische ion. Bijvoorbeeld, laten we eens kijken naar het dichromaat anion, Cr2O72-. Aangezien het meer dan één atoom heeft, staat het bekend als het polyatomaire ion.,
laten we nu enkele basiseigenschappen van de ionen bekijken. Behalve het hebben van een positieve of negatieve lading, bezitten ionen ook de capaciteit om met elkaar te binden in het geval het andere ion een tegenovergestelde lading bezit.
sommige van de meest voorkomende chemische verbindingen worden uitsluitend gevormd uit ionen die chemisch gebonden zijn. Zout wordt bijvoorbeeld gevormd door een herhaalde reeks natriumkationen en chloride-anionen., Enkele voorbeelden van de ionen zijn onder:
Q. welke van de volgende hebben het gelijke aantal elektronen?
A. Cl – en Br–
B. Na+ en Mg2 +
C. Ar en Ne
D. Mg2 + en Ca2 +
Ans: B. Na + en Mg2+. Na + →10 elektronen en Mg2 + →10 elektronen. Daarom zijn ze een ISO-elektronische soort.
Leave a Reply